Burgemeesters, wethouders en hun PR-mensen hebben een bijzondere communicatieve beperking die de meeste gewone inwoners niet hebben. Ze kunnen namelijk alleen maar überpositief over hun gemeente praten. Alles is roze, alles is mooi, Ede is de beste, we bieden iedereen emplooi.

Zo is Ede de meest gelukkige gemeente van Nederland, dé enige echte foodstad, de meest groene, de meest fietsvriendelijke, de sterkste economische regio, de enige met een wethouder voor luchtvaart, en noem maar op. Kortom: ‘we’ zijn geweldig en waag het niet iets anders te beweren.

Gewone Edenaren weten best wel dat de werkelijkheid ietsje genuanceerder is, en dat Ede net als elke andere stad in Nederland z’n plussen en z’n minnen heeft, maar ach, laat die bobo’s maar lekker gaan met hun PR-prietpraatjes als ze dat voor hun ego nodig hebben. Wij halen gewoon adem en leven door.

Zo niet onze burgemeester René Verhulst, ook behept met het über-gen. Die is ontstemd. Over een blogje op de website van De Gelderlander. In zijn eigen column in Ede Stad schrijft hij daarover:

Af en toe lees ik wel eens een blogje in De Gelderlander. Ik denk soms dat zo’n bloggende correspondent een glas azijn heeft gedronken alvorens het toetsenbord wordt beroerd. Nu mogen blogs natuurlijk kritisch zijn, dat is deze column ook, maar je kunt jezelf en je verspreidingsgebied ook omlaag halen.

Zo ook laatst over Veenendaal. Toeristen hebben daar niks te zoeken volgens dat blog in De Gelderlander. Het grootste hotel uit die plaats staat niet voor niks op een bedrijventerrein is de waarneming van de journalist. En passant wordt ook nog het eigen Ede genoemd. Hooguit ga je vanaf daar naar de Veluwe zegt de schrijver. Ede ligt op de Veluwe, meen ik. Afijn, zo liep het zuur nog wat door.

Wie negatief schrijft over zijn eigen stad, ‘doet iedereen en zichzelf tekort,’ zegt Verhulst in zijn column. Want ‘de uitstraling is dan negatief.’ En dat is jammer, ‘want elke stad heeft toch zoveel moois te bieden.’ ‘Azijn kan worden veranderd in sprankelend water,’ zegt hij Jezus-achtig. Wel jammer dat hij dan niet de extra slag van water naar wijn maakt, maar goed, je kunt zelfs van een überpositieve burgervader niet alle wonderen verwachten.

Toen ik dat las dacht ik: ‘Sjonge, wie zou die zure azijnpisser van De Gelderlander dan wel niet zijn?’ Plaatselijke en regionale kranten staan nou niet bepaald bekend als de ikonen van kritisch denken en onthullende journalistiek. Ze zijn over het algemeen eerder te mild en te tam dan te zuur, vooral als het gaat om kritische tegenspraak t.a.v. het plaatselijke bestuur.

Een toonbeeld daarvan is ons aller deurmatkrant Ede Stad, waar de burgemeester in een vaste column überpositieve dingen over zijn eigen gemeente kan roepen (of in de tijd van Van der Knaap over zijn kleinkinderen), zonder dat iemand zegt: ‘Hou nou eens even je waffel, nu weten we wel dat Ede fan-tas-tisch is.’ Misschien is die column wel net als het lichtblauwe middenkatern door de communicatie-afdeling van de Gemeente Ede ingekocht, wie zal het zeggen.

Maar goed, ik heb die vreselijk zure column in De Gelderlander er even bijgezocht, en wat blijkt: hij is helemaal niet zuur, maar neutraal, zelfs tegen het positieve aan. Blogger Jaap Rademaker stelt gewoon een vraag: ‘Waarom zou je als toerist naar Veenendaal gaan?’ Dat vraag ik me ook wel eens af. Ik kan eerlijk gezegd niets bedenken waarvoor ik ooit naar Veenendaal op vakantie zou willen. Ede heeft dan nog de makkelijke toegang tot de natuur, maar voor Ede Centrum komt geen enkele toerist z’n auto uit. (En nee, op food komen toeristen ook niet massaal af, ook al tweeten PR-mensen van de gemeente zich daar suf over.)

Rademaker stelt gewoon objectief vast dat Veenendaal geen toeristenmagneet is. Nuchter en eerlijk noem ik dat. Maar toch kraakt hij Veenendaal niet af, want Veenendaal heeft ‘hele vriendelijke, aardige en behulpzame inwoners.’ ‘Ga er maar eens winkelen,’ zegt Rademaker. ‘Daar kun je rustig die 1 euro en 4 cent toeristenbelasting per overnachting voor neertellen.’ Kijk, dat is mooi. Een prikkelende kop, en hij eindigt positief, zelfs over Veenendaal.

Waar burgemeester René Verhulst die fles azijn ziet is mij een groot raadsel. Ik zie een lekker roseetje. Gevalletje confirmation bias als je het mij vraagt. Intussen giet Verhulst zelf wel een vol glas uit water getransformeerde azijn over die brave columnist, want die is niet überpositief genoeg over Ede, de parel van de Veluwe.